Instellingen > Remote-Play-instellingen
Remote-Play-instellingen
Instellingen wijzigen om het PSP™-systeem te gebruiken voor Remote-play.
Apparaat registreren
Het PSP™-systeem registreren dat moet worden gebruikt voor Remote-play met het PS3™-systeem. Volg de instructies op het scherm om de apparaten te registreren (koppelen).
1. |
Verbind het PSP™-systeem en het PS3™-systeem met een USB-kabel. |
---|---|
2. |
Selecteer |
3. |
Selecteer |
4. |
Selecteer [Apparaat registreren]. |
5. |
Controleer of de USB-verbinding tot stand is gebracht tussen het PSP™-systeem en het PS3™-systeem en selecteer vervolgens [Bevestigen]. |
Opmerkingen
- De USB-kabel gebruikt met de SIXAXIS™ draadloze controller kan worden gebruikt om het PSP™-systeem te verbinden met het PS3™-systeem.
- Als u een PSP™-systeem probeert te registreren dat is geregistreerd op een ander PS3™-systeem, wordt de registratie (koppeling) op het eerste PS3™-systeem gewist.
Lijst van geregistreerde apparaten
Een lijst weergeven van de geregistreerde PSP™-systemen.
Opmerkingen
- Een PSP™-systeem dat eerder was geregistreerd, wordt in de lijst weergegeven, zelfs als de registratie (koppeling) ervan is gewist. Een PSP™-systeem dat gewist is, kan echter niet worden gebruikt. Als u een PSP™-systeem waarvan de registratie is gewist, wilt gebruiken voor Remote-play, moet u het opnieuw registreren.
- Een PSP™-systeem dat niet meer nodig is, kan uit de lijst worden verwijderd. Selecteer het selectievakje voor het systeem dat u wilt verwijderen en selecteer vervolgens [Verwijderen].
Aangepaste verbindingsinstellingen
Deze instelling is enkel beschikbaar op PS3™-systemen die met de functie draadloos LAN zijn uitgerust.
Als een PSP™-systeem is geregistreerd op een PS3™-systeem dat is uitgerust met de functie draadloos LAN, wordt automatisch een netwerkverbinding voor Remote-play met een specifieke SSID en coderingssleutel (WPA-sleutel) gemaakt voor beide systemen. De systemen zullen met elkaar kunnen communiceren in de infrastructuurmodus. Als u [Aangepaste verbindingsinstellingen] selecteert, kunt u handmatig de SSID en coderingssleutel wijzigen die zijn ingesteld op het PS3™-systeem. Het is meestal niet nodig om deze instellingen aan te passen.
SSID | De SSID instellen. U kunt een SSID naar keuze invoeren. |
---|---|
Instelling WLAN-beveiliging | Stel de beveiligingsmethode in. Enkel [WPA-PSK (AES)] kan worden geselecteerd voor de Remote-play-instellingen. |
WPA-sleutel | Een coderingssleutel instellen. U kunt een sleutel naar keuze invoeren. De coderingssleutel wordt als een reeks van asterisken weergegeven. U hebt de sleutel die u hier invoert nodig als u de netwerkverbinding voor het PSP™-systeem wilt wijzigen. Onthoud de sleutel voor toekomstig gebruik. |
Opmerking
Als de SSID en WPA-sleutel voor het PS3™-systeem worden gewijzigd, moeten de SSID en WPA-sleutel ook worden gewijzigd in dezelfde waarden voor de netwerkverbinding van het PSP™-systeem. Registreer het PSP™-systeem opnieuw nadat u deze waarden hebt gewijzigd.